De kunst van het kalibreren

Started by R0N, December 12, 2014, 13:03:58

Previous topic - Next topic

0 Members and 1 Guest are viewing this topic.

R0N

Hallo,

Zo nu en dan krijg ik opmerkingen over het feit dat na kalibratie het resultaat tegenvalt, meestal te weinig laag, geen 'body' meer. Of geen 'dynamiek' in het geluid.

Daar kunnen een aantal oorzaken aan ten grondslag liggen die ik hier wil toelichten, zodat iedereen er iets aan heeft.

1: Geen dynamiek
In principe is die constatering juist. De dynamiek in het ongecorrigeerde geluid wordt mede veroorzaakt door de staande golven in de kamer en die heb je met de AM er nu juist uitgehaald. Want die dynamiek zit in niet in de muziek, maar wordt er door de kamer aan toevevoegd.
Meestal wen je hier aan als je even hebt geluisterd. Je merkt dan dat er meer rust in de muziek is.

2: Weing laag
De AM corrigeert in het basgebied. Bij de kalibratie wordt gekeken waar een goede overgang kan worden gevonden voor wel gecorrigeerd en niet gecorrigeerd geluid. Soms is die keuze niet helemaal gelukkig en wordt de correctie te sterk.
De reden hiervoor kan van alles zijn, zoals een ongelukkige microfoonplaatsing, stoorbronnen, of gewoon de fuzzy logic die een onjuiste keuze heeft gemaakt.
In de grafiek (voor/na kalibratie) zie je waar de overgang is gekozen en of dat een goede is. Als de overgang te abrupt is, kun je dat nog aanpassen.

1- Plaats de microfoon ca een meter voor de oorspronkelijk meetpositie en kalibreer opnieuw. Door een andere plek te kiezen kunnen soms stoorelementen voorkomen worden, zoals een wand of tafel die reflecties geven.

2- Gebruik niet de 'standaard' kalibratie, maar de 'geavanceerde' methode. Hier heb je de mogelijkheid de overgangsfrequentie zelf te kiezen, bijvoorbeeld 200 of 250 Hz. Als je dat doet zul je zien dat de correctie minder wordt en er meer 'warmte' in het geluid komt. De echte staande golven zijn nog steeds aangepakt.

3- Met de optie Bascompensatie kun je de warmte ook weer terugbrengen (handleiding blz. 20).

4- Met de Tiltfuctie (handleiding blz. 19) kun je de klankkleurbalans ook naar smaak aanpassen.

5- Vermijd stoorbronnen en gebruik een goed luid meetsignaal. Hoe groter de signaal/achtergrondgeluid-verhouding hoe beter de resultaten. Een deur of raam open of dicht maakt al verschil.

Tot slot: het kalibreerproces is geen exacte wetenschap. Alhoewel het proces verregaand is geautomatiseerd, is een controle en/of een handmatige aanpassing nuttig en soms noodzakelijk.
Lukt het niet de eerste keer, wordt niet wanhopig maar bestudeer de grafiek en pas bovenstaande oplossingen toe.

Succes en veel luisterplezier.
ron
Een nieuwe wetenschappelijke waarheid overwint niet door de tegenstanders te overtuigen en hen het licht te laten zien, maar omdat de tegenstanders ten slotte sterven en er een nieuwe generatie opgroeit die ermee vertrouwd is. (Max Planck, in zijn wetenschappelijke autobiografie.)